4 februari 'Wereldkankerdag'

Dinsdag 04 februari 2020

Het is vandaag 4 februari ‘Wereldkankerdag’.
Een dag om even bij stil te staan.

Raar, hoe zacht ik het woord ook uitspreek, het klinkt altijd hard in mijn oren. Het heeft zo’n nare klank.
Raar, maar het klinkt ook vertrouwd. Omdat het helaas voor mij en velen om mij heen een onderdeel van het leven is geworden. We kunnen er niet meer omheen, we kennen allemaal wel iemand die deze ziekte heeft of heeft gehad of er daardoor niet meer is.

Misschien ben jij nu wel degene die dit overkomt, die deze grote PECH heeft.
PECH ja, zo noem ik het altijd. PECH wanneer een kankercel, die bij iedereen ergens in het lichaam verstopt zit, plotsklaps begint te delen. Waarom? Daar hebben wij blijkbaar geen controle over. En dat vind ik dus dikke vette PECH.
En je hebt GELUK als de medici je kunnen helpen. Zij doen elke dag hun stinkende best om die rotziekte te verbannen.

Deze dag sta ik stil bij mijn man Theo, overleden aan galwegkanker.
Negen jaar geleden verbleven wij rond deze tijd een lang weekend in Friesland, om precies te zijn in Leeuwarden. Samen hebben we toen met de auto de Elfstedentocht gereden. Aangekomen bij het eerste bruggetje stapten we uit om daar voor de gein te juichen, voor de in onze verbeelding duizenden schaatsers. Met de televisiebeelden van eerdere tochten op ons netvlies, zagen wij ze bij wijze van spreken onder ons doorzwoegen. Hierna stopten we op elk bruggetje en telkens gingen onze armen de lucht in. De mensen die ons toentertijd zagen, zullen wel gedacht hebben, wat een malloten. Maar wij hadden schik!

Vaak denk ik terug aan dat weekend omdat Theo na die bewuste dag niet meer zo goed meer in zijn vel zat. Het glaasje wijn smaakte anders, hij was vaker moe en dook dan vroeg zijn bed in. Op zijn verjaardag, 15 april, kreeg hij ineens felle pijnscheuten in zijn rechterschouder. Die bleven hem vanaf dat moment lastig vallen. Pas eind mei gingen alle alarmbellen af en gingen we het traject huisarts - ziekenhuis in. De twee maanden daarna waren erg intens, verdrietig, wanhopig en uiteindelijk berustend. ‘Vechten en strijden’ kwamen niet ons woordenboek voor. Daar konden we niets mee, het ging allemaal te snel. We hadden te dealen met het woord PECH.

Dit alles, Theo - ik - samen - ons leven - en later mijn leven alleen, heb ik een plek gegeven in mijn eerste boek, ‘Was er maar een recept voor rouwen’. Hierin haal ik ook ‘toeval’ aan, dat toeval niet bestaat. In een blog voor ‘Ik mis je’ heb ik dat als volgt omschreven: ‘Als god iets wil, verkleed hij zich als toeval’ 

Afgelopen zondag dronk ik, na een voorstelling die ging over het leven van Wim Sonneveld en Friso Wiegersma, nog met enkele mensen een glaasje wijn. Rouw was het onderwerp van gesprek, hoe we dat beleefden, dat we het duidelijk allemaal anders deden. Over één ding waren Hans, de laatste partner van Friso, en ik het hartgrondig eens: het koesteren van mooie herinneringen, samen met onze partners, is o zo belangrijk. Het geeft hem en mij vreugde en kracht. Tot slot waren we het er ook over eens dat ons gesprek óók geen toeval was.

Vandaag steek ik weer een kaarsje aan, voor hen die we missen, op deze speciale herdenkingsdag…

Foto